Preek van de week, 7 maart

Voorganger:     Prof. Dr. H.J. Selderhuis, thema:            Jezus laatste preek

De tekst van vandaag: Lucas 23 : 26 – 32 en Openbaringen 6: 12 – 17

Huilende vrouwen. Je denkt: “Eindelijk na alle aantijgingen toch een beetje medelijden met de weg die Jezus moet gaan. Het zal hem goed hebben gedaan.”

Maar Jezus zegt: “Hou daar mee op! Huil niet om mij, maar huil om jezelf en om je kinderen.”

Het is een oproep tot bekering en een uitroep van zorg om het lot van de mensen.

De mensen zien alleen Jezus. Een man als mens, die onschuldig veroordeeld wordt, maar ze zien niet Christus de Verlosser, de Zoon van God, die voor onze zonden werd geofferd.

Hoe ziet u Jezus? Mensen kunnen ontroerd raken door de mooie muziek in deze tijd. De Mattheüs Passion, De Johannes Passion, The Passion. Maar het gaat niet om ontroering; het gaat om bekering, dankbaarheid, dat Hij de weg naar God heeft vrijgemaakt voor ons. We zongen “Leer mij o Heer uw lijden recht betrachten.” Begrijpen we het lijdensevangelie eigenlijk wel?

Het is ook een uitroep van zorg. Hij noemt de vrouwen dochters van Jeruzalem; dat is kinderen van één Vader, kinderen van het Verbond.

Hoe is dat met ons? Zien mensen uit onze directe omgeving “priesterlijke bewogenheid” met anderen, bewogenheid met het heil van andere mensen, met mensen naar wie niemand omziet? Doet het ons pijn als mensen aan Jezus voorbij gaan? Hebben we verdriet over gemeenteleden, die de kerk verlaten, die Jezus niet zien als de weg naar het eeuwige leven, maar gewoon als een goed mens?

Wat doen we dan? Laten we het zo, worden we zelf ook losser of laten we zien dat er een andere weg is? Ook hier gaat het over dezelfde dochters en zonen van Jeruzalem. Over inzet in de gemeente, over de kinderen in de kerk. Om ze te brengen bij Jezus, maar ook bij Christus de Verlosser.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Tekst van de dag

Wie geduldig is, geeft blijk van groot inzicht, wie onbesuisd is, stapelt dwaasheid op dwaasheid.